In de loop van de jaren zijn steeds meer zorgkosten voor eigen rekening. Denk aan hulpmiddelen en medicatie. Het goede nieuws is dat je een deel ervan kunt opvoeren als aftrekposten bij je aangifte inkomstenbelasting. Het gaat daarbij om specifieke kosten die doorgaans niet onder de vergoeding van je zorgverzekeraar vallen.
De belangrijkste zorgkosten die je op kunt geven als aftrekpost zijn:
- Genees- en tandheelkundige hulp
– Huisarts, tandarts, fysiotherapeut of specialist
In de praktijk zal fysiotherapie en tandarts het meest voorkomen. Huisarts en specialisten vallen al snel onder de vergoeding van de zorgverzekering en zijn om die reden niet aftrekbaar.
– Verpleging in een ziekenhuis of een andere verpleeginstelling
– Paramedische behandelingen door (of op voorschrift en onder begeleiding van) een arts. Bijvoorbeeld acupunctuur, revalidatie of homeopathie. - Medicijnen op doktersvoorschrift
Dit geldt voor zowel reguliere als homeopathische geneesmiddelen. - Bepaalde hulpmiddelen
– Steunzolen, gehoorapparaten, rolstoel, kunstgebit en prothesen
– Blindengeleidehond, blindenstok en andere visuele hulpmiddelen.
– Onderhoud, reparatie en verzekering van deze hulpmiddelen - Aanpassingen
De kosten voor aanpassingen aan een woning mag je niet meer aftrekken. Kosten voor aanpassingen aan bijvoorbeeld een auto of zijn wel aftrekbaar. Voorwaarde is dat de aanpassingen speciaal voor een ziekte of handicap zijn aangebracht. - Vervoer, zoals reiskosten naar een huisarts of ziekenhuis
Voorwaarde is dat de kosten niet door je zorgverzekeraar vergoed worden en aantoonbaar hoger zijn dan normaal. Met andere woorden, als je niet ziek was dan had het vervoer minder gekost. De extra kosten die je door jouw situatie maakt, zijn aftrekbaar. Dit geldt ook voor vervoer per ambulance. - Een dieet op voorschrift van een dokter of diëtist
Welk bedrag je af mag trekken hangt sterk af van het soort dieet en hoelang je het dieet volgde. Check de maximale bedragen per dieet (2023). - Extra gezinshulp
De aftrekbare kosten zijn afhankelijk van je inkomen. Verdien je bijvoorbeeld € 53.000 per jaar, dan is twee procent daarvan het drempelbedrag. Ofwel, € 1.060 valt in dat geval niet af te trekken. Betaal je meer voor de extra gezinshulp? Dan kun je dat bedrag inzetten als aftrekpost. Hier vind je de percentages van het drempelbedrag voor extra gezinshulp. - Extra kleding en beddengoed
Je kunt deze kosten pas aftrekken wanneer de ziekte minimaal 1 jaar duurt, of naar alle waarschijnlijkheid gaat duren. Je mag jaarlijks € 310 per persoon meetellen. Maak je aantoonbaar hogere kosten dan € 620, dan mag je € 755 aftrekken. Maar let op, het gaat om kosten per jaar. Heb je extra kosten gemaakt van september tot en met december? Dan mag je slechts 4/12e deel van het bedrag opgeven. - Reiskosten ziekenbezoek
Bij het per auto bezoeken van een ziek familielid geldt een vergoeding van € 0,21 per kilometer. Ga je per taxi of openbaar vervoer, reken dan de daadwerkelijke kosten. Voorwaarde is dat de reisafstand meer dan 10 kilometer is, je de zieke met regelmaat bezoekt en de opname minimaal één maand duurt.
Let op het drempelbedrag
Voordat je jezelf rijk rekent, is het goed te weten dat de belastingdienst een drempelbedrag rekent. Alleen de kosten boven dit bedrag zijn aftrekbaar. De hoogte hangt af van je inkomen en of je een fiscaal partner hebt. In dit schema van De Belastdienst zie je welke drempel er geldt bij verschillende inkomens.
Kosten voor zorg en hulpmiddelen kunnen hard oplopen. Vaak loont het de moeite ze te benutten als aftrekpost bij de belastingaangifte. Ga wel goed na of je er recht op hebt in jouw situatie. Op de site van de belastingdienst lees je alle details.
