In de lijn met vorige maanden is het record voor prijsstijgingen op de woningmarkt weer verbroken. In de maand juli waren bestaande koopwoningen 16,3 procent duurder dan in dezelfde maand een jaar eerder. Dit blijkt uit cijfers van het CBS. Ook de NVM zag de woningprijzen ongekend hard stijgen. Voorlopig komt er geen nog geen eind aan de krapte op de woningmarkt, zo is de verwachting.
De door het CBS geregistreerde prijsstijging over juli is de grootste meer dan twintig jaar. De laatste keer dat dit voorkwam was in oktober 2000. In 2013 bereikten de woningprijzen van bestaande woningen een dieptepunt. Sindsdien is de trend opwaarts, met een afvlakking in 2019. Daarna kwam de vaart er weer goed in. In vergelijking met het dal in juni 2013 ligt de gemiddelde huizenprijs nu ruim 74 procent hoger.
Gemiddelde huizenprijs naar vier ton
Het CBS rapporteert een actuele huizenprijs van €395.786. Het NVM geeft bij de laatste meting aan dat de gemiddelde woning voor €410.000 is verkocht. Het verschil kan meerdere oorzaken hebben. Zo neemt de NVM de daadwerkelijke verkoop bij de makelaar als meetmoment. Het CBS gaat uit van de overschrijving bij de notaris, die pas later plaatsvindt. De NVM neemt daarnaast alleen woningen mee die door eigen makelaars zijn verkocht.
Dip in woningverkopen
In juli van dit jaar zijn er bijna 16 procent minder koopwoningen van eigenaar gewisseld, in vergelijking met dezelfde maand een jaar eerder. Deze trend is ook zichtbaar op de markt van nieuwbouw-koopwoningen. De daling in het aan verkopen heeft niks te maken met een verminderde de vraag, maar alles met het gebrek aan aanbod. Kopers willen wel maar kunnen simpelweg geen betaalbare koopwoning vinden die aan de woonwensen voldoet.
Woningzoeker heeft keuze uit 1,4 woningen
Het aanbod van te koop staande woningen, zowel in de bestaande markt als nieuwbouw markt, daalt al enige tijd. Een terugblik naar 2008 maakt de schaarste duidelijk. Het aanbod is nog maar 40 procent in vergelijking met dat jaar. Het geringe aanbod bemoeilijkt de doorstroming. Veel woningeigenaren stellen de verhuisplannen uit, waardoor er minder woningen te koop gezet worden en het probleem in stand blijft.
De NVM drukt de krapte op de woningmarkt uit met een ‘krapte-indicator’. In het tweede kwartaal van 2021 is deze gedaald naar 1,4 voor bestaande woningen. Dit betekend dat je als woningzoeker keuze hebt uit nog geen twee woningen. De krapte-indicator voor nieuwbouw ligt iets gunstiger op 2,6.
Nog jaren krapte op de woningmarkt
De NVM verwacht dat de krapte op de woningmarkt komende jaren nog zal aanhouden, maar dat er wel een lichtpuntje te zien is in de toekomst. Het aantal afgegeven bouwvergunningen voor nieuwbouwwoningen ligt in vergelijking met een jaar geleden ruim 28 procent hoger. Daarnaast zijn er ook 5,5 procent meer afbouwgaranties afgegeven in vergelijking met het tweede kwartaal van 2020. Kanttekening is wel dat het proces van vergunning tot daadwerkelijke woning nog jaren kan duren.
